“Dit is te mooi om zo maar weg te doen en naar een kringloopwinkel te brengen”

Door: Ellen Klaasse-Derks

Het Nederlands Golf Museum neemt u mee in de geschiedenis van een stokoude sport

“Dit is te mooi om zo maar weg te doen en naar een kringloopwinkel te brengen”

Het zijn de verhalen achter de objecten die het Nederlands Golf Museum tot leven brengen. Van mensen die over vroeger en nu kunnen vertellen. In deze aflevering is het woord aan Denise Heiligers die het museum de golfset van haar oma schonk.

Het Nederlands Golfmuseum neemt de bezoeker mee in de geschiedenis en de ontwikkeling van de golfsport. Met objecten die de sfeer van de tijd ademen. De collectie is grotendeels samengesteld uit schenkingen. Onlangs kreeg het museum een jaren zeventig golfset in handen met een opvallend design. Een witte skai leren tas met donkere biezen, een bijbehorend karretje uitblinkend in eenvoud en een set bijzondere clubs, gemaakt door een wapenfabrikant. De golfuitrusting behoorde toe aan de oma van Denise Heiligers.

“In die tijd was het in die regio best vooruitstrevend om als vrouw alleen te gaan golfen.”

Therapeutisch golfen

Denise Heiligers kwam het golfsetje tegen toen ze haar ouders hielp met het opruimen van hun huis. “Ik dacht: dit is te mooi om zo maar weg te doen en naar een kringloopwinkel te brengen. Zoiets hoort thuis in een museum. Maar ik wist niet of er een golfmuseum was en ben dat woord toen gaan googelen. Zo kwam ik terecht op de site van het Nederlands Golfmuseum in Afferden.”

Denise’s oma ontdekte de golfsport begin jaren zeventig, nadat ze op drieënvijftigjarige leeftijd weduwe was geworden. “Ze was op zoek naar een nieuwe bezigheid die haar moest helpen over het verlies van haar man heen te komen. Een golfende vriendin nam haar mee naar een golfbaan en zo werd het zaadje geplant”, licht Denise toe. Het bleek een goede zet.  Haar oma woonde in Zuid-Limburg en werd lid van een golfclub in het Belgische Houthalen, net over op de grens. Denise: “Ze was een enthousiaste speelster en genoot erg van het sociale leven rondom die sport. Minstens drie tot vier keer per week was ze op de baan te vinden en dat heeft haar daadwerkelijk door het rouwproces heengetrokken. In die tijd was het in die regio best vooruitstrevend om als vrouw alleen te gaan golfen, maar mijn oma was erg zelfstandig en had er het lef voor.”

Erfelijke passie

Tot haar grote spijt was Denise’s oma geen lang leven gegund. Ze overleed op haar drieënzestigste. De nu vierenveertigjarige Denise was nog een klein meisje en kan zich niet veel meer van haar herinneren. Maar dat golfen haar lust en leven was, is in de hele familie bekend. Een liefde die ze wist over te brengen op haar nageslacht. “Ons hele gezin speelt het en sinds mijn broer en ik uit huis zijn, plannen we nog regelmatig een golfuitje met onze ouders, tot complete golfvakanties aan toe.”

De dag dat Denise samen met haar ouders het Nederlands Golfmuseum bezoekt om de golfset van haar oma aan het bestuur te overhandigen, wordt gelijk aangegrepen om een genoeglijke ronde golf te spelen op Golfbaan Bleijenbeek, de plek waar het museum zich bevindt. “Een erg mooie baan, midden in de natuur. Maar ook leuk om het golfmuseum te zien en de verhalen over de tentoongestelde objecten te horen”, aldus Denise.

“Minstens drie tot vier keer per week was ze op de baan te vinden en dat heeft haar daadwerkelijk door het rouwproces heengetrokken.”

Wapenindustrie

Na de ontdekking van haar oma’s golfequipment volgde een zoektocht op internet die interessante informatie opleverde over de herkomst van de clubs. De daarop prijkende naam Browning vormde het aanknopingspunt. “John Browning was een gerenommeerd wapenontwerper die tekende voor enkele grote succesnummers van de Luikse wapenateliers, zoals het automatisch pistool en een automatisch geweer met vijf schoten. Hij werkte voor Fabrique Nationale d’Armes de Guerre in Herstal, een plaatsje onder de rook van Luik. Een staalbedrijf dat onder andere voor de wapenindustrie produceerde, maar naast pistolen, geweren en mitrailleurs werden er tevens fietsen, chassis, motoren en golfclubs gemaakt. Later volgden ook nog tennisrackets, vislijnen en surfplanken”, weet Denise te vertellen.

Op het eerste oog zien de clubs er heel normaal uit, maar bij nadere bestudering zie je dat de bladen minder dik zijn en smaller dan gebruikelijk. Het product van een staalfabrikant gespecialiseerd in wapens, die zo nu en dan een andere weg bewandelde.  

Search